Column: Terug naar de dorpsmolen

Een nieuwe kijk op de traditionele dorpsmolen: voor sociale innovatie, lokale economie en klimaat.

Door: Michael Daamen is bestuurslid van Energiek Moerdijk en zet zich in voor het behoud van een vitale samenleving in Moerdijk met sociaal levende wind als middel.

Stofgoud
Het is al weer jaren geleden dat Ronald Kramps en Cees Anton de Vries bij mij aan de keukentafel aanschoven. Of ik mee zou willen werken aan een innovatief initiatief van de provincie Noord-Brabant was de vraag. Het initiatief had toen zelfs nog geen naam, maar het vertrekpunt zou het opsporen van lokale waarden zijn, en niet de een of andere smart geformuleerde provinciale doelstelling. Of zoals de toenmalige gedeputeerde het noemde: “samen met inwoners gaan we op zoek naar stofgoud in het gebied om samen sieraden te maken”. Ik vond het een mooie metafoor en voor een provinciale overheid een gewaagd maar interessant experiment. Op deze manier raakte ik jaren geleden betrokken bij wat nu de gebiedsontwikkeling Waterpoort is.

Synergie
Aanleiding voor ons keukentafelgesprek waren de activiteiten van het burgerinitiatief waar ik destijds bij betrokken was: Platform Duurzame Energie West-Brabant. West-Brabant, in het bijzonder Moerdijk, is een soort zandloper, een flessenhals voor transport en bijbehorende infrastructuur, van noord naar zuid en van oost naar west. Het staat bekend als een logistiek knelpunt met kansen. Er resteert echter nog maar weinig toegevoegde waarde voor de mensen die er wonen. Dat was voor mij de reden om deel te nemen aan dit burgerinitiatief. Niet de lusten maar wel de lasten, zoals toenemende overlast, een krimpende bevolking en afnemende vitaliteit van kleine kernen. Ik woon zelf in de kern Heijningen waar rust en ruimte worden verstoort door de aanleg van industrieterreinen, snelwegen en de bouw van beeldbepalende windturbines. Directe aanleiding om mij aan te sluiten bij het burgerinitiatief was het Agro & Food Cluster Nieuw Prinsenland, waar naar de mening van meerdere inwoners opnieuw veel te weinig aandacht uitging naar synergie met de lokale gemeenschap. Ook het toenmalige concentratiebeleid van de rijksoverheid om 554 windmolens in West-Brabant te gaan bouwen ging niet uit van een verbinding met de omgeving. Het zou maar tijdelijk zijn, was de opgewekte mededeling van het rijk.

Stekkerloze regio
Het Platform Duurzame Energie West-Brabant wilde juist wel de verbinding leggen tussen deze voorgenomen top-down plannen en de omgeving waarin deze plannen zouden moeten landen. Duurzame energie zou daarbij volgens ons de drager moeten worden voor een lokaal verdienmodel (iets waar de inwoners ook wat aan hebben) met als slogan: ‘een stekkerloze regio’. Het idee was om in onze regio energieproductie en -verbruik te matchen met een lokaal en regionaal verdienmodel: eigen betaalbare decentraal opgewekte duurzame energie dus. En dat dan wel zo georganiseerd dat inwoners en lokale bedrijven mee (kunnen) doen en daar dan ook voordeel bij hebben.

Sociale randvoorwaarden
Decentraal georganiseerde systemen voor duurzame energie kunnen lokaal zowel de energie- als de financiële kringlopen sluiten, was de boodschap van het Platform en later van de gemeenschapscoöperatie Energiek Moerdijk. Goed voor het klimaat en tegelijk goed voor de lokale economie, was onze gedachte. In een dorp met bijvoorbeeld 10.000 huishoudens gaat jaarlijks meer dan 20 mio aan energielasten het dorp uit als we de energierekeningen van die huishoudens bij elkaar optellen. Door energie te besparen en de rest zoveel mogelijk voor eigen gebruik zelf te produceren blijft dit geld voor het grootste deel in het dorp; een forse impuls voor de lokale economie. Het idee van ‘een dorpsmolen’ kan daarbij helpen. Naast de lokale afzet van opgewekte energie kan de financiële opbrengst van zo’n dorpsmolen namelijk gebruikt worden voor bekostigen van gemeenschappelijke voorzieningen in het dorp. Een aantal Friese dorpen doet dat al jaren. Het juridisch en economisch eigendom van de windmolen moet daarvoor wel in handen van het dorp zijn. De gemeenteraden van Moerdijk en Drimmelen besloten daarom ‘sociale randvoorwaarden’ te verbinden aan de bouw van nog meer windmolens. Met deze randvoorwaarden op zak zijn Energiek Moerdijk en de gemeente Moerdijk samen gaan praten met de firma Raedthuys over deelname in het windpark Zonzeel dat bij hen op stapel staat. Dat windpark bevindt zich voor een deel in de gemeente Drimmelen. Vandaar dat ook Duurzaam Drimmelen en die gemeente zich bij deze gesprekken hebben aangesloten.

Iedereen kan meedoen
In goed overleg met de firma Raedthuys is het nu mogelijk dat 2 tot 4 molens door de eigen gemeenschap (inwoners en lokale bedrijven) zelf als dorpsmolen geëxploiteerd gaan worden, afhankelijk van het totaal aantal molens dat uiteindelijk gebouwd wordt. Inwoners en lokale bedrijven kunnen straks dus mede-eigenaar worden van hun dorpsmolen. Daarnaast draagt Raedthuys bij aan een lokaal fonds uit de opbrengst van de overige 6-8 windmolens die nabij Zonzeel gebouwd worden. Ook uit dit fonds worden straks projecten gefinancierd op het gebied van energiebesparing en eigen energieproductie in onze dorpskernen. Met de gemeente Moerdijk werken wij op dit moment samen aan een Lokaal Energie Akkoord en uitvoeringsprogramma. In dat verband ontwikkelen we, samen met een groeiend aantal andere inwoners, voorstellen waaraan de revenuen van de dorpsmolen kunnen worden besteed. Iedereen die mee wil doen kan zich op deze manier ook daadwerkelijk en voordelig aansluiten bij de energietransitie en zo meeprofiteren van de opbrengsten van de eigen dorpsmolens.